Coververhaal: Petra Bernardus-van der Heide uit Terkaple ‘“Ik ben écht een gelukkig mens”’

grootdefryskemarren
Afbeelding

De familie Bernardus woont in Terkaple. Met aan de voorkant uitzicht op het water en achter op de lang uitgestrekte groene weilanden. ‘Achterom graach’ staat op het bordje dat aan de voordeur hangt. Dus loop ik via het smalle tuinpad naar de achtertuin waar ik vriendelijk word onthaald door hondje Sinne en door Petra. Petra ken ik al jaren, vaak hebben we een vluchtig gesprek in de supermarkt. Via social media weet je een beetje wat er speelt in elkaars leven. Maar écht kennen doe ik haar niet. Nu hebben we de tijd voor een echt gesprek over het leven, gezondheid, HSP, koken, kinderen en veel meer. 

Petra Bernardus-van der Heide is een excentrieke zelfverzekerde vrouw die weloverwogen op een rustige manier haar antwoorden geeft. Petra wordt in 1974 geboren in Drachtstercompagnie. “Een Wâldpyk”, zegt ze gekscherend.  Een paar jaar later volgt haar broertje. Ze heeft een prachtige jeugd. “Lekker vrij”, zo omschrijft Petra het. Veel buiten, rijden op de pony en later op Friese paarden van de buurman. In de zomer zwemmen en in de winter veel schaatsen. “Vroeger leek het wel dat we elk jaar weken konden schaatsen“, zegt ze. Haar beide ouders zijn gek op schaatsen en ze maken als gezin dan ook graag schaatstochten op natuurijs. En als haar vader aan het werk is, zijn ze op de ijsbaan in het dorp te vinden. “Dan keek ik, door het raam, naar de baan of de lichten al aan waren, zodat we weer konden schaatsen”, glundert ze.

Te nieuwsgierig

Op de basisschool zit Petra ‘slechts’ met twee andere meisjes in de klas. Eén daarvan, Saskia, is nog steeds haar beste vriendin. “Onze moeders waren bevriend en onze oma’s ook. Een drie generatie vriendschap.” Petra ervaar haar jeugd als “een machtige tijd.” Na de mavo in Surhuisterveen wil ze naar de mts om binnenhuisarchitect te worden, tot ze beseft dat ze dan elke dag met wiskunde bezig is, waar ze “niets aan” vindt. Ze besluit zich in te schrijven voor de koksopleiding bij het kmbo. Niet zomaar; er zijn meerdere koks in de familie. Een geweldige tijd heeft ze daar. Ze vind het heerlijk om te koken en ze kán het ook. “Ik ben echt een doener”, geeft ze aan. Ze kookt het liefst op gevoel. “Recepten volgen is saai, dat is niet koken volgens je eigen smaak, daar ben ik te nieuwsgierig voor.”

Oog voor de ander

Na deze opleiding begint Petra op de middelbare hotelschool, maar hier is ze niet op haar plek. Ze komt overspannen thuis te zitten. Ze mist de gemoedelijke sfeer van het kmbo en ze besluit zich daar wéér in te schrijven voor de gastvrouw-opleiding. Inmiddels werkt Petra al jaren in de horeca. Als kok, maar ook in de bediening. Ook heeft ze andere banen en dat alles tezamen zorgt ervoor dat Petra inmiddels perfect op haar plek zit. Doordat ze alle facetten van het vak kent, kan ze de keuken ‘lezen’, terwijl ze tegelijk bezig is met de dinerende gasten. Ze werkt sinds 2019 bij Prins Heerlijck in Beetsterzwaag. Dat ze een goede gastvrouw is, blijkt uit het feit dat bij binnenkomst de glutenvrije koekjes en thee al klaar staan. Petra heeft oog voor de ander. Dat voelt fijn.

Foute mannen

In haar liefdesleven is het soms een beetje roerig. Petra heeft al vroeg verkering en voelt zich aangetrokken tot ‘foute’ mannen zoals ze dat zelf omschrijft. Eentje is ontzettend jaloers en een ander, waar ze mee samenwoont, raakt verslaafd aan drank en later aan drugs. Op het moment dat ze beseft dat het niet goed zit, vraagt ze aan haar ouders of ze weer thuis mag wonen en haar vader haalt haar op, en ook haar hond en haar konijn. Haar vader is heel lief en gevoelig, volgens Petra. Maar hij heeft het in die tijd zwaar met dingen die in het leven op zijn pad komen. Hij drinkt om zijn gevoel te verdoven en sterft aan een hartstilstand. Petra is dan 25 jaar. Heel verdrietig.

Een vreemde vogel

In de periode dat Petra weer thuis woont, vindt ze haar rust in vogelen. Ze doet dit met twee vaste vrienden en die hebben het vaak over ene Sietse Bernardus. Petra stelt zich bij de verhalen die ze over hem hoort voor, dat Sietse een oude man is met een lange baard en een legerjas. Wanneer de vrienden haar vragen een weekend mee te gaan naar Zweden om daar vogels te spotten - onder andere de drieteenspecht - zegt ze direct ja. Met twee groepen vertrekken ze en in die andere groep zit Sietse Bernardus. Maar Sietse blijkt helemaal geen oude man. Integendeel. Ze ziet een liefdevolle man die de moeite neemt om iedereen de mogelijkheid te geven die ene vogel te spotten. Eenmaal terug in Nederland, is het Sietse die haar opzoekt als ze ziek is. Waar zij denkt dat hij als ‘de ervaren wereldreiziger’ niets ziet in haar, denkt hij op zijn beurt dat zij, ‘die festivalbezoeker’ niets ziet in hem. Niets is minder waar en ze worden verliefd. Uiteindelijk is het haar liefde voor Sietse die Petra naar Joure doet verhuizen.

HSP

Ze trouwen op 1 april 2004, even snel om negen uur in Joure. Het paar krijgt twee kinderen: zoon Jelle en dochter Hinke. Het moederschap valt Petra echter best zwaar. Ze merkt dat ze onzeker is met baby’s. Gelukkig heeft ze een fijne huisarts die haar het vertrouwen geeft dat ze het hartstikke goed doet zolang ze haar eigen gevoel volgt. Wanneer Jelle naar de middelbare school gaat krijgt hij last van epileptische aanvallen en PNEA, psychogene niet-epileptische aanvallen. Deze uiten zich in (woede)aanvallen als gevolg van spanning, overbelasting of trauma. Dat heeft veel impact op het gezin. Zo brengt en haalt Petra hem dagelijks naar school en gaat hij in therapie. Mede hierdoor ontdekt Petra wat HSP (hoog sensitief persoon) is en herkent zij dit ook bij zichzelf. Met Jelle gaat het inmiddels goed; hij is door medicatie inmiddels al vier jaar ‘aanvalsvrij’. Het gezin is inmiddels van Joure naar Terkaple verhuisd, een prikkelvrije omgeving midden in de rust en natuur. Een goede plek die als fundering geldt voor dit gezin.


Invloed van pijn

In haar vrije tijd speelt Petra toneel en kijkt ze uit naar het jaarlijkse terugkerende festijn Halloween Fright Nights bij Walibi, waar ze elk jaar weer verkleed als een eng figuur volledig in haar rol kruipt en de mensen de stuipen op het lijf jaagt. Ook loopt ze veel wandelmarathons. Maar mede daardoor en door haar staande werk, begint ze wel steeds meer last te krijgen van haar heup. “Achteraf heb ik wel tien jaar pijn gehad”, meent Petra. Door de pijn kan ze niet meer werken. Ze zit veel thuis en haar leven verandert aanzienlijk. Haar gewicht is iets wat altijd in haar leven speelt. Ze is gewend dat dit schommelt. Ze komt aan, maar voelt zich er niet vervelend bij. Door de pijn in haar heup slaapt ze wél slecht, is ze humeurig en ook al kost de pijn energie, de vele energie die ze nog over heeft kan ze niet kwijt. Ze krijgt er dan ook nog diabetes type 2 bij én ze heeft een stoplichtrelatie met roken. Ze is er tien jaar vanaf, begint weer, stopt weer en begint weer. Ook dit heeft ze geaccepteerd.

Als ze bij de orthopeed een foto laat maken van haar heup, is het zo klaar als een klontje. Haar heup is versleten en na vier maanden op de wachtlijst tehebben gestaan, wordt ze eindelijk geopereerd. Ze krijgt een nieuwe heup. De pijn verdwijnt en Petra ontdekt hoe groot de invloed van de pijn is geweest. Ze heeft jaren pijn geleden. Jarenlang moest ze doseren, steeds meer. Nu kan ze weer alles doen wat ze vroeger ook kon. Uitjes, wandelen en werken. Ze heeft haar leven terug.  “Het is een grotere verademing dan ik had gedacht”, spreekt ze uit.

Schatzoeker

Doordat ze nu pijnvrij is vliegen de kilo’s er als vanzelf weer af. Ze doet al jaren aan ‘intermitted fasting’, wat inhoudt dat ze tussen zeven uur ’s avonds en elf uur ’s morgens niet eet. Ze voelt zich hier goed bij en is ervan overtuigd dat de diabetes weer zal verdwijnen. Inmiddels heeft ze haar hele garderobe weer verkocht en nieuwe – vintage - kleding geshopt in kleinere maten. Petra gelooft dat wij leven in overvloed en is een verfent ‘schatzoeker’. Zo speurt ze de leukste (merk)jurken, schoenen en andere kledingstukken op die ze voor een prikkie koopt. Door al haar ervaringen en de manier waarop zij in het leven staat, besluit ze alles overdenkend: “Ik ben écht een gelukkig mens.” En dat straalt ze uit.

Tekst: Lotte van der Meij | Foto’s: Johan Brouwer