Dominee Stephan de Jong: Hoe een Rotterdammer zijn hart verpandde aan Friesland

Algemeen
Afbeelding

Een inspirerende verhalenverteller uit Rotterdam die na zijn studie theologie diverse standplaatsen had, verspreid door Nederland, docent is geweest in Chili en Cuba, en terugkeerde naar de provincie die zijn hart heeft gestolen.

OUDEMIRDUM - Op 8 oktober 2017 werd Stephan de Jong (60) predikant van de Protestantse gemeente Oudemirdum, Nijemirdum en Sondel.

Stephan de Jong werd geboren in Rotterdam als jongste van een doorsnee gereformeerd gezin van twee kinderen, maar getogen in het dorpje Berkel Rodenrijs, onder de rook van Europa’s belangrijkste havenstad. Na het atheneum studeerde hij een jaar medicijnen, voordat hij de switch maakte naar theologie. “De aanleiding daarvoor” verduidelijkt hij zijn keuze “Was een nichtje dat op negentienjarige leeftijd aan leukemie overleed. Ik was toen zeventien en was boos. ‘Of God bestaat niet, of het is een ‘rot-God’ dat hij dit laat gebeuren’. Ik was helemaal klaar met het geloof. Dacht ik…”

“Maar die vraag over God bleef me bezighouden. Tijdens mijn medicijnenstudie had ik twee hele goede vrienden, de ene katholiek en de andere atheïst. We waren van die ‘denkertjes’ die veel praatten over onder meer het geloof. De ‘de atheïst’ won elke discussie met het argument dat er geen God kon bestaan, met al die ellende op de wereld. Dat bleef me dwars zitten. Om daar meer inzicht in te krijgen ben ik na een jaar geswitcht naar theologie met de bedoeling dat een paar jaar te doen. Maar het bleek een dermate interessante studie, waarbij ik overigens ook een prachtig bijvak had gekozen, Egyptologie, dat ik ben blijven ‘hangen’. Bovendien kwam ik er een leuk meisje tegen, Lieke. Mijn latere vrouw. Toen had ik genoeg ‘bijvakken’ naast mijn theologiestudie.”

Zes dagen per week een mooi vak

“Ik heb zes dagen per week een prachtig vak.” En de zevende? “Laat ik het uitleggen met een voorbeeld. Onze tweede zoon is scheepsbouwkundige. Ik ben een paar keer bij hem op de TU in Delft geweest, heerlijk concreet. Ze kregen als team de opdracht om te onderzoeken hoe ze een bepaald type schip harder konden laten varen. Een ander team had een onderwater drone bedacht om zeemijnen op te sporen. Op die momenten dacht ik: ‘Dat had ik ook wel willen doen’. Dat is die zevende dag.”

Zijn verhaal wordt doorspekt met anekdotes waarin niet zelden Rotterdam en zijn ‘kluppie’ de hoofdrol spelen. Zoals dat over de historische finale van de Europa Cup in 1970 tussen Feyenoord en Celtic, die in Milaan werd gespeeld. Na bijna negentig minuten stond het 1-1. “Toen is er een jongetje in Berkel Rodenrijs naar zijn slaapkamer gegaan, op de knieën en heeft tot God gebeden dat Feyenoord zou winnen. En ze wonnen in de laatste minuut van de wedstrijd met 2-1” vertelt hij breed lachend. “Nou is dat overigens niet de reden geweest om dominee te worden, want dat kwam in de verste verte in die levensfase niet bij me op. Ik had eigenlijk een hekel aan de kerk, waar je verplicht naartoe moest, dat orgel dat herrie maakte en je je kapot verveelde.”

Chili

“Op mijn achtentwintigste ben ik begonnen als predikant in Wolfheze, een cultuurshock om vanuit wereldstad Amsterdam naar zo’n klein agrarisch georiënteerd dorpje in Gelderland te verhuizen. Je bent van het ene op het andere moment ‘de dominee’, de vertegenwoordiger van God, er wordt wat van je verwacht. Na een paar jaar kreeg ik het aanbod om in het kader van de gereformeerde zending docent Oude Testament in Chili te worden. Onze twee oudste kinderen zijn daar geboren en dat was een cruciale periode in ons leven. Want door het ouderschap sta je van het ene op het andere moment anders in het leven. Bovendien kwam ik er in Chili achter hoe calvinistisch ik eigenlijk was. De kerkdiensten waren daar Latijns-Amerikaans uitbundig, met swingende muziek en een koor, waarbij je niet op je stoel kon blijven zitten. Ik voelde mij daar een calvinist op klompen. Aanvankelijk vond ik dat ongemakkelijk, maar met het verstrijken van de jaren leerde ik relativeren en ben ik het gaan waarderen. De vijf jaren in Chili hebben dus nog steeds een prominente plaats in ons hart.”

Friesland 1 - Balk

Eenmaal terug in Nederland wilde De Jong weer dominee worden. Hij kwam in contact met Jan Tromp die hem warm probeerde te maken voor Balk. Ondanks het feit dat hij daar helemaal niet op zat te wachten, werd Stephan de Jong predikant van de Protestantse gemeente in Balk. Hij verduidelijkt: “Wij moesten voor een privéaangelegenheid in Friesland zijn en hadden Tromp beloofd een bezoek aan Balk te brengen. Enfin, om een lang verhaal kort te maken, het kwartje viel en we hebben vervolgens acht hele mooie jaren in Balk gehad. We voelden ons daar thuis en daar heb ik echt het vak geleerd.”

“In Balk kreeg ik van ‘Kerk in Aktie’ de vraag of ik docent wilde worden in Cuba en dat leek ons fantastisch. Maar Cuba liep uit op een desillusie. Het onderwijs was daar zo bar slecht dat er in negen van de tien gevallen geen docent voor de klas stond en de kinderen aan hun lot werden overgelaten. Ze waren daar doodongelukkig, Na een paar maanden is Lieke met de kinderen terug naar Nederland gegaan en heb ik daar mijn semester afgemaakt om vervolgens ook naar Nederland af te reizen.”

Friesland 2 – Via een omweg ‘terug naar huis’

Daarna volgden de standplaatsen Eibergen (5 jaar) en Bussum (9 jaar). “Alhoewel ik in Bussum niet actief op zoek was naar een andere standplaats, viel het oog van Lieke bij toeval op een advertentie waarin een predikant werd gevraagd voor de Protestantse Gemeente Oudemirdum, Nijemirdum, Sondel. Ik hoefde daar niet lang over na te denken. Ik had mijn hart verpand aan Friesland, ik wilde er meteen wel naar toe.” Op 8 oktober 2017 ging die wens in vervulling.

Verhalenverteller

Stephan de Jong is een verhalenverteller. Hij heeft liefde voor taal en verstaat de kunst om een preek laagdrempelig en puur te maken door de taal van zijn goegemeente te gebruiken. “Ik houd ervan om mooie dingen te maken, dat kan een preek zijn waarbij ik de mensen in hun hart raak, maar ook een mooi niet-spiritueel verhaal, of een beeld, aardewerk, of een foto die ik door bewerking nog mooier maak. Iets waarvan je in je buik voelt dat het goed is.” Aldus de Rotterdamse Fries.

Door Wim Walda

Afbeelding