Boek ‘De Natuurijsmeester’ gepresenteerd in Thialf

HEERENVEEN - Op de dag van de natuurijsmeester is in ijsstadion Thialf een boek over het ambacht gepresenteerd.

Ook al warmt de aarde op, volgens de schrijvers is het vak nog lang niet uitgestorven. Met acht graden boven nul en een presintatie in een zaal van ijsstadion Thialf krijg je niet snel een wintergevoel. Dat snapt natuurijsdocent Teun Breedijk ook: ‘Het is zeven, acht graden, dus er ligt op dit moment geen ijs nee. Maar ja, het is nog steeds winter.’

Hij ziet als docent veel mensen voorbij komen. Maar ook dat er veel grijze koppen zijn bij de natuurijsmeesters: ‘Ik kom altijd zoveel kennis tegen bij die mensen, maar het wordt nooit opgeschreven. Daarom dacht ik: dat ga ik eens opschrijven.’

Hij vroeg de hoofdredacteur van het blad Proskating Johan Boef om te helpen: ‘Ik was meteen razend enthousiast’, zegt Boef. ‘Het is een prachtig oud ambacht en de verhalen die je terugkrijgt zijn zo schitterend. De kennis dreigt verloren te gaan omdat de overdracht door de warmte een stuk minder is. Het aantal schaatsbare winters neemt af, dus zo’n boek is ook belangrijk om kennis vast te leggen.’

Het vak is nog steeds in trek. Een oproep van schaatsbond KNSB zorgde voor veel extra aanmeldingen. Breedijk: ‘Het is geen uitstervend ras, maar we moeten er wel met z’n allen om denken om het in stand te houden. Als er een kort wintertje is, wil heel Nederland op het ijs. Daar blijven die natuurijsmeesters aan werken.’

Daar zit ook de uitdaging voor de ijsmeesters zegt Wim van den Berg van ijsclub De Lier: ‘Dat als je ziet dat het gaat vriezen je snel een baan wilt leggen.’ Daar komt veel bij kijken, zo zegt Van den Berg. ‘Het geheim is laagjes. Wij gebruiken bijvoorbeeld ook kalk. Dan krijgen we snel een mooie vloer. De uitdaging is alleen dat de baan niet na een paar uur alweer dicht moet omdat het ijs kapot is.’

‘Iedereen moet de ervaring ook opdoen van schaatsen in de buitenlucht. Zo zijn wij ook begonnen’, zegt Johan Boef. ‘Ook al is het maar een paar dagen in de winter. Dat wil je vasthouden en doorgeven. Je voelt het gevaar natuurlijk wel, maar de aanmeldingen voor de campagne van vorig jaar tekenen wel dat het enthousiasme er wel degelijk is.’

Het vak natuurijsmeester is wetenschap zeggen beide schrijvers. Maar de natuur is alleen niet te sturen, zo weet ook Van den Berg: ‘We hadden eens een nacht met min 5. Het was alleen ook heel erg mistig. Er kwam gewoon geen ijs. Dat had te maken met de hoge luchtvochtigheid. Zo zie je maar.’

Komende week wordt vorst verwacht. Bij Breedijk begint het alweer te kriebelen: ‘Wij kunnen over één nacht ijs.’ De kans is groot dat de ijsverenigingen weer alles op alles zetten om een marathon te kunnen organiseren.

De grafische vormgeving van het boek ’De Natuurijsmeester’ is gedaan door Frans van Dam van www.bliidd.nl